Het zal sommigen bekend voor komen: op zolder of op een andere plek in huis ver weg van je WiFi accespoint, heb je een dramatisch slechte verbinding. En zeker in deze tijd van steeds meer draadloze apparatuur is het lastig dat het net niet werkt als je op zolder zit en daar een film of TV wil kijken.

Voor wie een beetje op Internet zoekt of een keer een computerblad koopt, zijn er genoeg artikelen te vinden die vertellen dat je voor uitbreiding van je WiFi netwerk een ‘range extender’ kan kopen of een repeater. Of gewoon een WiFi versterker. Los van het feit dat je misschien geen idee hebt wat dit zijn, is het niet veel leuker om een tweede accesspoint in te zetten? Als je thuis toevallig nog een ‘oude’ WiFi router/accesspoint hebt liggen die je hebt overgehouden van een vorige provider, dan kan je altijd proberen om deze in te zetten. Lukt het niet, jammer. Lukt het wel? Proficiat. En je hebt nog geld uitgespaard ook! Uiteraard moet je er wel zeker van zijn dat het tweede accesspoint WiFi heeft.
Om je een beetje op weg te helpen met de installatie van een tweede accesspoint/router ben ik van een aantal basisgegevens uitgegaan:

1.  Er bevindt zich op de plek waar de kabel (of glasvezel) het huis binnenkomt al een draadloze router die ervoor zorgt dat er verbinding is met het internet. Deze plek zou bijvoorbeeld de meterkast kunnen zijn. Op deze router zitten ook poorten waar je een normale netwerkkabel op kan aansluiten.
2. Vanaf de plek waar de ontvangst slecht is, bijvoorbeeld de zolder, ligt een netwerkkabel naar de router beneden, dit is dan de router zoals hierboven beschreven. Klik hier voor een voorbeeld hoe hardwarematig een tweede router (Cisco AP) te installeren. Mocht je geen kabel hebben liggen of je wilt deze niet trekken dan zou je nog kunnen overwegen om een home plug adapter aan te schaffen. Een home plug adapter verzend het netwerkverkeer over het stroomnet, via het stopcontact.Deze adapters kun je inzetten als je meerdere accesspoints bekabeld wilt aansluiten, maar geen kabels kunt of wilt trekken. Het voordeel van bekabeld aansluiten van de tweede router is dat je geen snelheidsverlies hebt op je draadloze netwerk!
3. Je weet wat je huidige instellingen ban je draadloze netwerk zijn, zoals SSID (draadloze netwerk naam), WPA ofWPA2, AES/TKIP, het password en de kanalen die je huidige router gebruikt.
4. Je weet welke IP range je huidige netwerk heeft en welk IP adres je huidige router heeft. Vaak wordt voor thuisgebruik de range 192.168.1.xxx met subnet mask 255.255.255.000 gebruikt. Hierdoor heb je 254 IP adressen tot je beschikking wat voor een thuisnetwerk meer dan voldoende is.

De grote truc zit hem in de configuratie van de router die je boven op zolder wilt gaan gebruiken. Om zoveel mogelijk ellende te voorkomen is stap 1 de tweede router te resetten naar fabrieksinstellingen. Afhankelijk van het merk en model van de router zijn hier verschillende manieren voor. Kijk in de handleiding of zoek op internet hoe je dit het beste kunt doen.
Nadat de router is gereset heeft deze een default IP adres, dit zou bijvoorbeeld 192.168.1.1 kunnen zijn. Welk adres dit exact is staat ook in de handleiding. Sluit de tweede router met een netwerkkabel aan op je computer open Internet Explorer of een andere browser en type het IP adres in. In dit scherm kan je de gegevens invullen die je nodig hebt om je tweede router te gaan gebruiken. Vul alles identiek in zoals je eerste router (je weet wel, degene beneden bij de meterkast), behalve de kanalen! Om een idee te krijgen welke kanalen je huidige router gebruikt, installeer dan eens inSSIDer. Hiermee kan je zien welke draadloze netwerken er allemaal in je buurt rondzwerven. Je eigen WiFi is er uiteraard ook te zien en ook de kanalen die gebruikt worden. Gebruik kanalen die ver uit elkaar liggen, de kanalen 1, 6 en 11 zijn vaak geschikt.
Zet op de tweede router DHCP uit. Vaak staat dit namelijk al aan op de eerste router, en je hebt het echt geen tweede keer nodig.
Geef je tweede router een vast IP adres wat in de buurt van je eerste router ligt. Dat laatste is niet verplicht, maar het houdt het overzichtelijk.
Nu de tweede router een soort kloon is van de eerste, kan hij verhuizen naar zolder. Sluit hem daar aan op de netwerkkabel die van boven naar de eerste router beneden loopt. Heb je een router gebruikt die ja van een vorige provider heb overgehouden die voorzien is van zowel LAN als WAN poorten, sluit dan de kabel aan op de LAN poort. Dus niet de WAN poort gebruiken. De boel aanzetten en testen.
Met een beetje geluk en wijsheid heb je nu je bereik van je thuisnetwerk vergroot. Je kan dit controleren door inSSIDer op je laptop op te starten en dan naar boven te lopen. Je zal dan zien dat je laptop automatisch verbonden wordt met je router boven. En vice versa als je weer naar beneden loopt…..

Met inSSIDer kan je ook controleren of je tweede router actief.

 
 
 
Nog enkele tips over het vergroten van het bereik als je niet beschikt over een tweede router of als er geen netwerkkabel aanwezig is op de plek van de slechte ontvangst:

WDS / repeaten
Sommige draadloze routers en access points beschikken over WDS, Wireless Distribution System. Dit wordt ook wel repeaten genoemd. Er wordt dan gebruik gemaakt van twee of meerdere draadloze routers of access points, die draadloos met elkaar verbonden zijn. Op deze manier wordt het bereik van het draadloze netwerk vergroot. De techniek die hiervoor wordt gebruikt heet dus WDS.
WDS werkt over het algemeen met producten van hetzelfde merk. Een nadeel van WDS is dat de snelheid van het draadloze netwerk ongeveer halveert. Doordat WDS repeaters met 1 wifi radio zijn uitgerust, moet deze steeds schakelen tussen de draadloze router / access point en uw draadloze ontvangers. Vandaar dat de snelheid afneemt.

Range extender
Ook een range extender kan gebruikt worden om het bereik van het draadloze netwerk te vergroten. Het principe is gelijk aan dat van WDS, maar een range extender wordt gebruikt als de draadloze router niet over WDS beschikt.